| |
Biertypes
Bij wedstrijden voor amateur-bierbrouwers moet je meestal het biertype
opgeven waarbinnen het bier beoordeeld zal worden. Het valt voor veel brouwers
niet mee om aan te geven tot welk biertype het door hen gebrouwen bier
valt. Als hulpmiddel bij het bepalen van het biertype zijn in het onderstaand
overzicht van biertypes begin soortelijke gewicht, het aantal EBU, de EBC-waarden
en de smaakeigenschappen van verschillende biertypes genoemd. Daarbij is
uitgegaan van hetgeen bij commerciële bieren gebruikelijk is. Dit
betekent niet, dat een amateur-bier altijd geheel in de gegeven omschrijving
hoeft te passen. Vooral qua alcoholpercentage en kleur kan een amateur-bier
enigszins afwijken van hetgeen vermeld is in de tabel.
De biertypes zijn vermeld per land van herkomst. Dit betekent niet
dat bepaalde biertypes niet gebrouwen worden in andere landen. Zo worden
de types tripel, dubbel en tarwebier naast in België ook gebrouwen
in Nederland. Enkele biertypes zijn bij meerdere landen vermeld indien
de gebruikelijke invulling van deze biertypes in die landen sterk verschilt.
Fantasiebier
Sommige amateur-bierbrouwers brouwen bewust bieren die een opmerkelijke
smaak hebben en die bij geen enkel bestaand biertype in te delen zijn.
Deze bieren dienen ingezonden worden als fantasiebier. Er worden in het
overzicht een drietal soorten fantasiebieren onderscheiden te weten:
fruitfantasiebieren,
kruidenfantasiebieren en overige fantasiebieren.
Bierkleur (EBC)
De kleur van een bier (en ook van mout) wordt uitgedrukt in EBC-waarden.
Naar mate het bier donkerder is heeft het een hogere EBC-waarde. Ter indicatie
van deze waarden volgt hieronder een overzicht van beschrijvingen van bierkleuren
en de EBC-waarden die daar ongeveer bij horen.
Beschrijving kleur EBC-waarden
bleek/licht blond 6 - 9
blond/geel 9 - 12
goud 12 - 20
amber 20 - 30
koper 30 - 45
donker koper/bruin 45 - 75
zeer donker bruin doorschijnend) 75 - 120
zwart (niet doorschijnend) > 120
Bitterheid (EBU)
Om de bitterheid van een bier aan te duiden wordt de eenheid EBU gebruikt.
Het aantal EBU dat een bier heeft is afhankelijk van de hoeveelheid toegevoegde
alfazuren afkomstig uit de gebruikte hopsoorten en het rendement van de
bitterstoffen. Dit rendement is afhankelijk van diverse factoren zoals
kooktijd, pH-waarde van het wort en de hoeveelheid toegevoegde bitterstoffen.
Bij het overzicht van de biertypes zijn de EBU-waarden vermeld. Ter
indicatie van de bitterheid volgt hierna een beschrijving van de bitterheid
en de EBU-waarden die daarbij ongeveer horen. Of een bier als bitter wordt
ervaren of niet is afhankelijk van de EBU-waarde maar ook van de hoeveelheid
restsuikers in het bier.
Beschrijving bitterheid EBU-waarden
weinig bitter 5 - 20
bitterig 20 - 30
bitter 30 - 40
zeer bitter >40
Overzicht biertypes
Nederlandse types |
biertype |
begin SG |
EBU |
EBC |
smaakomschrijving |
Pilsener (Ned. type) |
1044-1050 |
18-30 |
6-12 |
neutraal, bitterig tot bitter, licht zoetig,
hoppig |
Oud Bruin |
1025-1035 |
15-20 |
40-60 |
zoetig tot zoet, karamelachtig, weinig bitter |
Bokbier |
1060-1070 |
20-30 |
50-100 |
moutig, caramelachtig, zoetig, hoppig, dropachtig,
soms licht gebrande smaak |
Meibok (Ned. type) |
1060-1070 |
20-25 |
17-30 |
moutig, zoetig, bitterig, alcohol, fruitig |
Dubbelbok |
1070-1080 |
25-30 |
60-80 |
zoetig, moutig, karamelachtig, alcohol, dropachtig |
Tarwebok |
1060-1070 |
20-25 |
45-55 |
tarwemoutig, zoetig, bitterig, licht fruitig |
Zomerbier |
1040-1046 |
15-23 |
5-20 |
licht moutig, licht fruitig, citrusachtig |
Winterbier |
1070-1100 |
20-30 |
10-80 |
moutig, alcohol, fruitig, vaak karamelachtig,
soms kruidig |
Belgische types |
biertype |
begin SG |
EBU |
EBC |
smaakomschrijving |
Vlaams Bruin |
1044-1056 |
15-25 |
35-60 |
zoetig, soms licht zurig, karamelachtig,
licht bitterig |
Vlaams Versnijbier |
1040-1050 |
15-25 |
35-60 |
zuur-zoetig, fruitig tot zuur fruitig, karamelachtig |
Tarwebier |
1044-1050 |
12-22 |
6-15 |
zurig, zoetig, fruitig, licht bitterig, kruidig
(koriander en sinasappelschillen) |
Lambiek |
1044-1056 |
11-22 |
10-35 |
zurig, zoetig, "malse tarwesmaak" |
Fruitlambiek |
1040-1070 |
15-21 |
var. |
zurig, zoetig, fruitig, weinig body, fruitsmaak
afhankelijk van gebruikt fruit |
Geuze |
1044-1056 |
11-22 |
18-40 |
zurig tot zuur, droog tot licht zoetig, fruitig |
Dubbel |
1050-1070 |
17-25 |
35-50 |
karamelachtig, zoetig tot zoet, licht moutig,
bitterig, soms kruidig |
Tripel |
1060-1096 |
20-27 |
10-25 |
moutig, hoppig, bitterig, alcohol, soms kruidig |
Pale Ale (Belgisch type) |
1044-1054 |
20-30 |
15-40 |
bitterig tot bitter, licht moutig, licht
zoetig, licht fruitig, licht karamelachtig |
Saison |
1040-1070 |
18-30 |
20-40 |
hoppig, licht fruitig, zoetig, typische "Waalse
smaak", soms (hogere) alcohol |
Licht Hooggegist |
1060-1080 |
20-40 |
8-18 |
neutraal tot hoppig, bitterig tot bitter,
moutig, zoetig |
Belgisch Amberbruin Zwaar Bier |
1060-1100 |
20-50 |
30-50 |
moutig, hoppig, bitterig tot bitter, zoetig
tot zoet, soms karamelachtig, fruitig, alcohol |
Engelse types |
biertype |
begin SG |
EBU |
EBC |
smaakomschrijving |
Bitter |
1033-1050 |
25-35 |
25-40 |
bitter tot zeer bitter, fruitig, licht moutig,
hoppig (Engelse aromahop), soms licht boterachtig |
Engels Brown |
1040-1050 |
15-25 |
50-75 |
zoetig, moutig, hoppig, fruitig, soms licht
boterachtig |
Engels Mild |
1030-1038 |
10-24 |
30-90 |
licht hoppig, licht moutig, licht fruitig |
Pale Ale (Engels type) |
1044-1056 |
20-40 |
15-35 |
moutig, hoppig (Engelse hop), fruitig, soms
licht karamelachtig |
India Pale Ale |
1050-1070 |
40-60 |
25-40 |
moutig, zeer hoppig, fruitig, alcohol |
Porter |
1040-1060 |
20-40 |
70+ |
licht gebrand, moutig, zoetig, fruitig |
Milk Stout |
1046-1056 |
15-25 |
120+ |
zoet tot zeer zoet, gebrand (koffieachtig),
moutig, karamelachtig |
Stout |
1038-1048 |
30-40 |
120+ |
bitter tot zeer bitter, gebrand, hoppig,
droog tot licht zoetig, licht karamelachtig |
Export Stout |
1060-1090 |
30-60 |
120+ |
bitter tot zeer bitter, hoppig, gebrand,
alcohol, fruitig, soms licht zurig |
Scotch ale |
1035-1050 |
12-25 |
35-70 |
weinig bitter, moutig, fruitig, zachte gebrande
smaak |
Strong Scotch Ale |
1072-1085 |
25-35 |
35-130 |
sterk moutig, lage bitterheid, alcohol, zachte
gebrande smaak |
Engels Strong Ale |
1060-1080 |
30-40 |
35-60 |
moutig, hoppig (Engelse hop), bitter, fruitig,
alcohol |
Barley Wine |
1090-1120 |
50-100 |
40-80 |
zwaar moutig- zoetig, alcohol, fruitig, weinig
bitter tot zeer bitter |
Duitse types |
biertype |
begin SG |
EBU |
EBC |
smaakomschrijving |
Kölsch |
1041-1046 |
20-30 |
10-17 |
neutraal tot hoppig, soms licht zuur (tarwe),
vaak licht fruitig in vergelijking met pils |
Münchner |
1044-1052 |
18-25 |
17-50 |
moutig-zoetig, weinig bitter (Duitse aromahop) |
Alt (Dusseldorf) |
1044-1048 |
25-48 |
40-80 |
moutig, bitter tot zeer bitter (geen aromahop),
licht fruitig, licht karamelachtig, soms licht branderig |
Dortmunder |
1048-1056 |
23-29 |
14-22 |
moutig-zoetig, voller dan pils, weinig bitter
(Duitse aromahop), alcohol |
Märzen |
1052-1064 |
22-28 |
14-55 |
moutig-zoetig, licht geroosterde mout smaak,
weinig bitter, iets zoeter dan Münchner |
Bayerisch Dunkel |
1044-1056 |
17-30 |
55-100 |
geroosterde mout smaak, droog tot moutig
zoetig, lage bitterheid uit geroosterde mout, weinig bitter (Duitse aromahop) |
Pils (Duits type) |
1044-1050 |
30-40 |
9-14 |
bitter (Duitse aromahop + bitterhop), licht
moutig tot moutig |
Bock (Duits type) |
1066-1074 |
20-30 |
70-100 |
sterk moutig-zoetig, geroosterde mout smaak,
weinig bitter |
Maibock (Duits type) / Helles Bock |
1066-1070 |
20-35 |
14-35 |
sterk moutig-zoetig, weinig bitter (aromahop) |
Helles Doppelbock |
1074-1080 |
17-27 |
22-35 |
stevige body, overheersend moutig-zoetig,
licht fruitig, weinig bitter |
Dunkel Doppelbock |
1074-1080 |
19-30 |
35-95 |
stevige body, overheersend moutig-zoetig,
alcohol, licht karamelachtig, soms zeer licht gebrand, weinig bitter |
Berliner Weisse |
1028-1032 |
3-6 |
7-14 |
lichte body, droog, scherp zuur (melkzuur),
fruitig, zeer weinig bitter |
Weizen |
1048-1056 |
10-15 |
10-30 |
tarwesmaak (gemout tarwe), kruidnagel- en
banaanachtig (vanuit gist), fruitig, zurig, vaak nootmuskaat- en vanilleachtig,
soms licht fenolachtig |
Dunkelweizen |
1048-1056 |
10-15 |
45-80 |
donkere versie van Weizen, geroosterde mout
smaak, andere smaken minder prominent |
Weizenbock |
1066-1080 |
10-20 |
25-100 |
sterk moutig, alcohol, kruidnagel- en banaanachtig,
weinig bitter |
Fantasiebieren |
biertype |
begin SG |
EBU |
EBC |
smaakomschrijving |
Fruitfantasiebier |
variabel |
var. |
var. |
overheersende smaak afhankelijk van gebruikt
fruit, basissmaak variabel - geen fruitlambiek |
Kruiden- fantasiebier |
variabel |
var. |
var. |
overheersende smaak afhankelijk van gebruikte
kruiden of specerijen, basissmaak variabel |
Overig Fantasiebier |
variabel |
var. |
var. |
bier met unieke smaak niet passend binnen
de hiervoor genoemde biertypes |
|